StadsWeb

Stad meer dan droag brôôd

Content

StadsWeb
Verbazend veel mensen reageerden op mijn vorige column met de opmerking nog nooit een kabouter te hebben gezien. Heel dapper van hen, want dat is niet iets waar je zomaar openlijk voor uit komt.
Joost mag het weten
Pinda’s

Verbazend veel mensen reageerden op mijn vorige column met de opmerking nog nooit een kabouter te hebben gezien. Heel dapper van hen, want dat is niet iets waar je zomaar openlijk voor uit komt. Je kunt het hen waarschijnlijk ook niet kwalijk nemen dat ze minder opmerkzaam zijn dan u en ik. Misschien wandelen ze niet zo vaak na middernacht door het dorp, slapen ze hele nachten, hebben ze een gemene kat of een bril nodig. Of ze hebben zo een beledigende stenen tuinkabouter voor de deur. Ik begin erover omdat ik vind dat deze mensen heel wat missen.

Goed, kabouters zijn vaak sikkeneurig en sommigen zijn schuw, ongezellig of ronduit achterbaks, maar er zijn er een heleboel die erg prettig gezelschap zijn. En dat ze ontzettend nuttig zijn, hoef ik niet uit te leggen. Ze kunnen van alles. In onze tuin woont er eentje die meesterlijk kan schaken en de tuin behoorlijk op orde houdt. Onze buren kennen er één die soms hele verhalen aan hen komt vertellen en vaak niet weg te slaan is. Joost, schijnt hij te heten. Ik heb hem nooit gezien.

Kabouters moet je te vriend houden, zoals ik voorheen al schreef. En als je ze niet eens kent, ja vind je het dan gek dat je nu en dan eens een lekke band hebt, regelmatig lekkage en dat die ene plant maar niet wil groeien in je tuin? Gelijk hebben ze. Als u dit dus leest en u kent geen enkele kabouter, drink dan laat op de avond eens een paar koppen koffie, doe uw schoenen aan en ga het dorp in. Zeker bij de ijsbaan zijn altijd wel een paar hangkabouters te vinden. Neem een zakje pinda’s mee als binnenkomer en kijk uit waar u loopt. Uw leven zal nooit meer hetzelfde zijn.

Joost